In het duister van het bos

Een donkere mistige dag; Het wordt nauwelijks licht. De mist hangt over het land. In de verte oogt het dak van een kerk. Je volgt het pad en treedt steeds dieper in deze mist.

Bossen glijden langs jouw lichaam voorbij; eeuwenoude bossen, eeuwenoude geheimen. Geheimen die spreken, maar tegelijk zwijgen. De geheimen spreken rechtstreeks tot jouw hart. Een huivering verspreidt zich over jouw lichaam. Het bos herbergt een onuitgesproken geschiedenis. De nevels hangen tussen de bomen en struiken. Bladeren verbergen de andere zijde van het bos. Je wil het bos verlaten, je wil dieper het bos in. Een onbekende kracht drijft jou verder doorheen jouw pad; een pad naar het onbekende. Je wordt deel van een onbekende geschiedenis, een onbekende werkelijkheid. Je wordt opgezogen door iets groter dan jezelf.

Je verlaat het bos; Je verlaat een werkelijkheid. Je verlaat het onbekende.